Foto DT&V

Van de vreemdelingen die Nederland moeten verlaten, kampt een deel met een medische aandoening of ziekte. Zij kunnen een beroep doen op artikel 64 van de Vreemdelingenwet om het vertrek uit te stellen. Maar in veel gevallen kan de Dienst Terugkeer en Vertrek regelen dat de patiënt ook in het land van herkomst de zorg krijgt die nodig is.

De IND beoordeelt de medische situatie van een vreemdeling op verschillende momenten. Allereerst is dat bij de beslissing op een verblijfsaanvraag (met uitzondering van herhaalde asielaanvragen) of het intrekken van een verblijfsvergunning, waarbij medische aspecten ambtshalve worden meegenomen. Daarnaast doet de IND een medische toets wanneer de vreemdeling een beroep doet op artikel 64 met als doel uitstel van vertrek te krijgen. De aanvraag om een verblijfsvergunning (asiel of regulier) is dan in vrijwel alle gevallen al onherroepelijk afgewezen.

Uitstel

In artikel 64 staat dat uitzetting achterwege blijft zolang het gezien de gezondheidstoestand van de vreemdeling zelf of die van een van zijn gezinsleden niet verantwoord is om te reizen. Dit ontslaat de vreemdeling niet van zijn vertrekplicht. Toekenning van het uitstel heeft tot gevolg dat de vreemdeling maximaal een jaar rechtmatig verblijf krijgt, inclusief partner en minderjarige kinderen. Is deze periode voorbij, dan kan de vreemdeling eventueel opnieuw uitstel aanvragen.

Bureau Medische Advisering

De IND heeft een speciaal team dat aanvragen voor uitstel van vertrek op grond van artikel 64 behandelt. Uitstel wordt in elk geval verleend wanneer tuberculose is vastgesteld, sprake is van opname in een medische instelling of vrouwen vermoedelijk binnen zes weken gaan bevallen dan wel nog in hun kraamtijd zitten. In andere gevallen vraagt het team advies aan het Bureau Medische Advisering (BMA) van de IND, dat wordt bijgestaan door onafhankelijke medische adviseurs. BMA brengt op basis van de  aangeleverde medische gegevens de medische situatie van de vreemdeling in kaart.

Voorwaarden

De IND verleent uitstel wanneer uit het advies van het BMA blijkt dat de noodzakelijke zorg niet voorhanden is in het land van herkomst en er op korte termijn een situatie kan ontstaan die leidt tot overlijden, invaliditeit of een andere vorm van ernstige geestelijke of lichamelijke schade. Indien er in het land van herkomst voldoende behandelmogelijkheden zijn, wordt het verzoek om toepassing van artikel 64  afgewezen. Het komt voor dat BMA in het advies aangeeft dat de reis onder voorwaarden moet plaatsvinden. De voorwaarden kunnen betrekking hebben op het meegeven van medicijnen, medische begeleiding tijdens de reis of de overdracht van medische gegevens in de vorm van een medisch paspoort. Verder kan BMA het noodzakelijk achten dat de vreemdeling na aankomst wordt overgedragen aan een arts of specialist. Hiervan is sprake als de medische behandeling vlak na de reis moet worden voortgezet om een medische noodsituatie te voorkomen.
 

Medische reisvoorwaarden

Afhankelijk van de vreemdeling en zijn situatie, worden de medische reisvoorwaarden geregeld door de vreemdeling zelf, de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) of de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V). DT&V heeft voor het organiseren van medische overdrachten gespecialiseerde regievoerders in dienst. Die doen onderzoek en leggen contact met een veelvoud van partijen in binnen- maar vooral buitenland, zoals medische instellingen en klinieken, waarvoor intensief wordt samengewerkt met autoriteiten en organisaties en ketenpartners. Wanneer een fysieke overdracht nodig is, reist een regievoerder Bijzonder Vertrek mee met de vreemdeling om erop toe te zien dat de arts of instelling ter plekke de zorg overneemt en de van tevoren gemaakte afspraken nakomt. Begeleiding is ook belangrijk om in te kunnen spelen op onvoorziene omstandigheden, zoals problemen bij de grens of een arts die op zich laat wachten.
 

Creativiteit

De voorbereiding van het vertrek kan enkele weken, maar in extreme gevallen ook jaren kosten, vertelt Ron van der Veen, die dit werk sinds 1997 doet. “Dit komt onder meer omdat vaak niet met documenten kan worden aangetoond dat een uitgeprocedeerde asielzoeker daadwerkelijk de gestelde identiteit en nationaliteit heeft. Uiteraard wil het land van herkomst zeker weten dat het om een eigen burger gaat, die valt onder hun verantwoordelijkheid, voordat ze een reisdocument afgeven.” Hij vertelt dat vaak veel creativiteit nodig is om de terugkeer zo goed mogelijk te organiseren, bijvoorbeeld met aangepast vervoer. Daarbij geldt: hoe beter de vreemdeling meewerkt, hoe meer maatwerk DT&V kan leveren. “In uitzonderlijke gevallen komt het voor dat een vreemdeling zich tijdig realiseert dat het in zijn eigen belang is om bijvoorbeeld aan te geven dat hij familie heeft in een bepaald deel van het land, en dat hij anders het risico loopt terecht te komen in een stad waar hij geen enkele binding mee heeft.”

Herhaalde aanvragen

Niet alleen de voorbereiding van de medische overdracht, ook de procedurele stappen die volgen op een afwijzing van het verzoek om uitstel van vertrek, nemen veel tijd in beslag. Het traject van beschikking, bezwaar en beroep duurt al gauw twee jaar. In beginsel wordt het de vreemdeling toegestaan de uitkomst in Nederland af te wachten. Daarna kan nog een hoger beroep worden ingediend bij de Raad van State. Daar komt bij dat vreemdelingen na een eerdere afwijzing vaak opnieuw een beroep doen op artikel 64, bijvoorbeeld omdat de medische situatie is gewijzigd. Het komt echter veelvuldig voor dat de feiten en omstandigheden niet noemenswaardig zijn veranderd. In dat geval kan een intensievere samenwerking tussen IND en DT&V verdere vertraging voorkomen bij zaken waarin het vertrek al grotendeels is voorbereid.

Misbruik voorkomen

Van der Veen: “In het kader van de besluitvorming in eerste aanleg door de IND, kan de DT&V de overdracht en andere reisvoorwaarden die BMA noodzakelijk acht, alvast organiseren. De getroffen voorzorgsmaatregelen kan de IND dan opnemen in de beschikking, om de vreemdeling vervolgens op voorhand opschorting van de vertrekplicht te onthouden. De vreemdeling heeft dan nog steeds de mogelijkheid om het besluit van de IND aan de rechter voor te leggen, maar dan wel in het kader van een spoedprocedure voorlopige voorziening/beroep. Zo wordt bij evident misbruik van de artikel 64-procedure de rechtsgang versneld en kan na een afwijzing het vertrek alsnog binnen afzienbare tijd worden gerealiseerd. Daarmee voorkomen we dat oneigenlijk gebruik van de artikel 64 procedure wordt gestimuleerd, opvangplekken langer dan strikt noodzakelijk bezet worden gehouden en er onnodige procedures gevoerd worden.”

Onzekerheid

Uiteindelijk is de vreemdeling daar ook bij gebaat, stelt de regievoerder Bijzonder Vertrek: “De verblijfsaanvraag is al onherroepelijk afgewezen, er is hooguit sprake van uitstel. Lang lopende procedures brengen opnieuw onzekerheid met zich mee over de toekomst. Niet zelden verslechtert dit de gezondheidstoestand.”

Bijzonder Vertrek

De Regievoerder Bijzonder Vertrek geeft invulling aan internationale randvoorwaarden voor het vertrek van bijzondere categorieën vreemdelingen uit Nederland. Denk aan het regelen van adequate opvang van minderjarigen en medische noodzakelijke voorzieningen voor patiënten, maar ook internationaal identiteitsonderzoek en het organiseren van charters. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een breed internationaal netwerk. Meer weten over het werk van de regievoerder Bijzonder Vertrek? Bekijk dan de film op de site van de DT&V. Er is ook een voorlichtingsvideo over terugkeer met medische voorwaarden.