Tekst Karin Lassche
Foto DJI

Vreemdelingenbewaring is een manier om een vreemdeling beschikbaar te houden voor vertrek naar het land van herkomst of overdracht naar een Dublinland. Omdat het gaat om vrijheidsontneming, ziet de overheid deze maatregel als een ‘ultimum remedium’. Hoe zit dit precies?

Vreemdelingen die geen recht hebben op een verblijfsvergunning of nooit een vergunning hebben aangevraagd in Nederland, verblijven hier illegaal en hebben de plicht het land te verlaten. De Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) voert gesprekken met de vreemdeling om hem tot zelfstandig vertrek te bewegen. Werkt de vreemdeling mee aan vertrek, dan krijgt hij voor een bepaalde periode nog onderdak. Ook kan de DT&V de terugkeer faciliteren en stimuleren, bijvoorbeeld via speciale terugkeerprojecten. Werkt de vreemdeling niet mee aan zijn vertrek, dan organiseert de DT&V de uitzetting. Er is dan sprake van gedwongen vertrek. Maar in de praktijk verdwijnen veel uitgeprocedeerde asielzoekers uit de opvang vóórdat de DT&V hun vertrek heeft kunnen regelen. Zij vertrekken met onbekende bestemming.

Welke maatregelen zijn mogelijk om dit te voorkomen?

Totdat de terugkeer een feit is, kan de DT&V verschillende toezichtmaatregelen treffen om te voorkomen dat de vreemdeling zich onttrekt aan gedwongen vertrek. Bijvoorbeeld door af te spreken dat de vreemdeling zich regelmatig meldt. Ook kan de DT&V identiteits- of reisdocumenten van de vreemdeling innemen. Bewaring mag alleen als uiterste middel en onder strikte voorwaarden worden ingezet. Vreemdelingen in de caseload van de DT&V die wonen op een COA-locatie, kunnen door de Uitvoerend Ambtenaren van de DT&V in bewaring worden gesteld. Bewaring is een optie wanneer een vreemdeling zich niet houdt aan de afgesproken toezichtmaatregelen of wanneer de inschatting is dat een lichter middel, zoals een meldplicht, niet het beoogde doel heeft.

Onder welke voorwaarden is inbewaringstelling mogelijk?

Bij inbewaringstelling moet er een reëel risico zijn dat iemand zich onttrekt aan het toezicht. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als hij zich eerder heeft onttrokken aan toezicht en op een later moment aangehouden is door de politie of de Koninklijke Marechausse. Ook moet worden voldaan aan andere Europese en nationale regelgeving (zie hiervoor bijvoorbeeld art. 5.1b lid 3 en 4 Vreemdelingenbesluit). Bovendien moet er zicht zijn op uitzetting als het erom gaat iemand beschikbaar te houden voor vertrek. Openbare orde-aspecten kunnen meespelen, maar zijn op zichzelf geen reden voor bewaring.
De vreemdeling kan bij de rechtbank in beroep gaan tegen de bewaringsmaatregel. Ook kan hij hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het is aan de rechter om te beoordelen of de belangen zorgvuldig zijn afgewogen en de inbewaringstelling voldoende is gemotiveerd. Dat geldt ook voor de voortduring en verlenging van de bewaring. De rechter zal daarbij de persoonlijke omstandigheden meewegen.

Hoe lang kan een vreemdeling in bewaring worden gehouden?

Het doel is altijd de vreemdelingenbewaring zo kort mogelijk te laten zijn. In eerste instantie mag de bewaring niet langer dan zes maanden duren. Deze termijn kan worden verlengd met twaalf maanden als iemand niet meewerkt aan het vertrek of als de benodigde reisdocumenten er nog niet zijn. In totaal kan een vreemdeling dus uiterlijk achttien maanden in bewaring worden gehouden. De overheid moet gedurende de vreemdelingenbewaring wel voortvarend aan het vertrek van de vreemdeling werken. Gebeurt dat niet, dan wordt de bewaring onrechtmatig. Is de vreemdeling na achttien maanden nog niet uitgezet, dan wordt hij op straat gezet. Het percentage aantoonbaar vertrek uit bewaring ligt in de praktijk rond de 75 procent.
In de praktijk verblijft bijna driekwart van de vreemdelingen korter dan drie maanden in bewaring. In 2018 was de gemiddelde duur in bewaring 44 dagen. Dat is inclusief vreemdelingen die worden overgedragen aan een ander Europees land.

Hoe zit het met gezinnen en minderjarigen?

Voor gezinnen en minderjarigen zijn de regels nog strikter. Gezinnen mogen in beginsel maximaal twee weken in bewaring verblijven voor de datum van vertrek uit Nederland. De bewaring kan alleen worden verlengd als er sprake is van fysiek verzet tegen de uitzetting of als op het laatste moment een herhaalde asielaanvraag wordt ingediend om de uitzetting te frustreren. Ook bij alleenstaande minderjarigen moet de bewaring zo kort mogelijk duren. In de praktijk betekent dit dat vóór bewaring het vertrek al helemaal voorbereid moet zijn, inclusief bijvoorbeeld adequate opvang voor de minderjarige ter plaatse.

Waar verblijven vreemdelingen in bewaring?

De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) draagt zorg voor de personen in vreemdelingenbewaring. Volwassen mannen verblijven in Detentiecentrum Rotterdam. Voor vrouwen, alleenstaande minderjarigen en gezinnen die in bewaring worden gesteld, is er een speciale locatie: de Gesloten Gezinsvoorziening (GGV) in Zeist.

Bron: