Foto Mediatheek, ANP

Oekraïners die vanwege de oorlog naar Nederland vluchten, vallen onder een speciale regeling. Als zij goed gedocumenteerd zijn, schrijft de gemeente hen in en krijgen zij van de IND een verblijfstitel- en sticker voor een jaarlang verblijf in Nederland. Maar niet iedereen is goed gedocumenteerd. En dat maakt het werk soms ingewikkeld voor gemeenten. Om hen te helpen, reizen IND’ers het hele land door voor ondersteuning en advies. ‘Maar de gemeente bepaalt.’

Hanco Ubert is een van de IND-medewerkers die betrokken is bij het traject ‘beperkt gedocumenteerde Oekraïners’. Van een opvanglocatie in Groningen tot een gemeentehuis in Geleen: ‘We zijn overal geweest, want niet alle gemeentes zijn gewend aan het inschrijven van vluchtelingen. Bovendien is dat normaliter een heel ander proces. Normaal verloopt de opvang via het COA en de toetsing – bijvoorbeeld van documenten – via de politie, Koninklijke Marechaussee en de IND. Nu verzorgen de gemeenten de opvang en ook meteen de inschrijving in de BRP. Maar helaas zijn niet alle mensen die nu uit Oekraïne komen, even goed gedocumenteerd. En dan wordt het lastig.’

Ruimhartig beleid

Als voorbeeld geeft Ubert een Syriër die eerder naar Oekraïne vluchtte en daar in de asielprocedure zat. Hij had zojuist de papieren ontvangen waarmee hij zijn verblijfsvergunning mocht ophalen, maar door het uitbreken van de oorlog lukte dat niet meer. Ubert: ‘En zo komen we allerlei varianten van beperkte documentatie tegen. Normaal gesproken moet iemand goed gedocumenteerd zijn om te worden inschreven in de BRP en om een BSN-nummer te krijgen. Maar op dit momenten voeren we een ruimhartig beleid. Iedereen die in Oekraïne recht had op verblijf, en dat geloofwaardig kan maken met ondersteunende documenten, valt onder de Europese regeling.’

Mensen uit alle windstreken

Wat het werk voor gemeenten niet eenvoudiger maakt, is dat in Oekraïne mensen uit alle windstreken leven. 'Oekraïne heeft bovendien een vrij uitgebreid studentenprogramma', zegt Ubert. ‘Dus hier in Nederland komen we nu ook van alles tegen. Als de gemeentemedewerkers er niet meer uit komen, of twijfelen, kunnen zij daarom de IND inschakelen, via de Veiligheidsregio.’ Een van de collega’s van Ubert is Patrick Zuchouwski. Hij heeft waarschijnlijk de meeste bezoekjes aan gemeenten op zijn naam staan. In mei begon het tweetal samen in Harskamp, waar zij samen met de gemeente ruim 200 beoordelingen in één week deden. Soms werden zij daarbij ondersteund door de Koninklijke Marechaussee en Bureau Documenten van de IND. Zuchouwski: ‘Met zijn allen controleerden we documenten en schreven mensen meteen in de BRP in. Dat verliep zo succesvol, dat we de werkwijze landelijk hebben uitgerold.’

Opvanglocatie Harskamp

Valt iemand onder de richtlijn?

De IND gaat niet over de inschrijvingen in de BRP. ‘Daar beslist altijd de gemeente over’, zegt Zuchouwski. ‘Vanuit de IND controleren wij simpelweg of iemand onder de richtlijn valt. Geloven wij dat deze persoon legaal in Oekraïne verbleef op het moment dat de oorlog uitbrak? En natuurlijk doen we bij iedereen een zorgvuldige veiligheidscheck, goed gedocumenteerd of niet. Niemand krijgt een verblijfssticker voordat we, onder andere, antecedenten hebben gecontroleerd.’

Vaak zijn documenten in orde

Hoewel Zuchouwski het druk heeft met de bezoeken door het hele land, heeft hij nog niet veel mensen gezien waar wie de documenten niet in orde zijn: ‘Als ik een voorzichtige schatting mag maken, hebben we bij een kleine 5% van de mensen aangegeven dat zij niet voldoen aan de eisen van de regeling. Sommige mensen hebben daarop de kans gekregen om alsnog de juiste documenten te regelen. Lukt dat niet, dan zijn er verschillende opties. Willen ze terug? Of in Nederland de reguliere asielprocedure in? Ook daarbij proberen we dan te ondersteunen.’

Snel uit de onzekerheid

De praktische insteek van de samenwerking bevalt Zuchouwski goed. ‘Ik vind het mooi dat we binnen dit programma mensen snel verder kunnen helpen. In mijn ervaring zijn de mensen uit Oekraïne actief. Ze hebben graag iets te doen en willen ook iets terugdoen. Als wij hen via deze samenwerking met gemeenten snel kunnen inschrijven, hoeven zij geen langdurige asielprocedure in. Dat is heel prettig voor deze mensen, die in een onzekere periode zitten. En het is ook positief voor onszelf. Het zorgt er namelijk voor dat het normale asielproces, dat toch al overbelast is, niet volledig wordt ontregeld.’

Mooie verhalen

Ubert is het daarmee eens. Hij vertelt: ‘Samen met een gemeente hielp ik recent iemand uit Zimbabwe. Hij zat in Oekraïne in het 6e jaar van zijn opleiding diergeneeskunde. Na zijn vlucht naar Nederland vond hij hier vrijwel direct een vrijwilligersfunctie. Zijn documentatie was beperkt, maar na een gezamenlijke controle konden we hem toch snel inschrijven in de BRP. Daardoor maakt hij nu grote kans op een betaalde baan als dierenartsassistent. Dus ja, gemeenten moeten aan alle kanten veel inspanningen leveren qua opvang en inschrijvingen. En ook de IND kost het behoorlijk wat tijd. Maar dit zijn toch mooie verhalen.’