Foto Mediatheek

In 2020 konden veel vreemdelingen door de beperkte vluchtmogelijkheden niet terugkeren. Dit jaar zijn het vooral de coronatest- en vaccinatievereisten bij inreis die de uitvoering van het terugkeerbeleid bemoeilijken. Hoe zit dit precies?

Iedereen die dit of vorig jaar buiten Nederland op vakantie wilde, kent de perikelen met rode, oranje en groene landen en de daaraan gekoppelde toegangseisen die erop zijn gericht verspreiding van COVID-19 tegen te gaan. Waar voor het ene land een sneltest met een geldigheid van 48 uur voldoende is, wil het andere land aan de grens een negatieve PCR-test van maximaal 72 uur oud en vraagt een derde ook een bewijs van volledige vaccinatie. Eisen die ook nog eens snel kunnen veranderen als de besmettingscijfers oplopen. Vreemdelingen die Nederland moeten verlaten voor terugkeer naar het land van herkomst of overdracht in het kader van de Dublinverordening of terugnameovereenkomst naar een Europees land, zijn hiervan niet uitgezonderd.

Lichamelijke integriteit

Wat het moeilijk maakt, is dat testen of vaccineren op basis van de bestaande wet- en regelgeving op basis van vrijwilligheid moet gebeuren. Artikel 11 van de Nederlandse Grondwet stelt: “Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op onaantastbaarheid van zijn lichaam.” Oftewel: iedereen mag in beginsel zelf bepalen wat er met zijn of haar lichaam gebeurt, of medische handelingen worden verricht en of voorgeschreven medicijnen worden ingenomen. In Nederland is er momenteel geen wettelijke basis om met het oog op het realiseren van vertrek, mensen te verplichten zich te laten vaccineren of te laten testen. Voor asielzoekers geldt dat zij sinds juni op de COA-locaties op vrijwillige basis worden gevaccineerd. Het vaccinatiebewijs is echter niet zomaar op te vragen: dit valt onder het medisch beroepsgeheim. Een vreemdeling die tegen zijn zin terug moet keren, kan zijn vertrek dus frustreren door niet mee te werken.

Testen voor vertrek

DT&V heeft er begin dit jaar al voor gezorgd dat vreemdelingen gemakkelijk getest kunnen worden voorafgaand aan hun vertrek. Op de locaties van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) werd dit aanvankelijk gedaan door de medische dienst, maar die kon de toenemende vraag al snel niet meer aan. Sinds maart werkt DT&V samen met Medex en IMC voor PCR- en sneltesten. De regievoerder van DT&V vraagt de vreemdeling in het gesprek, waarbij ook een tolk aanwezig is, of hij gevaccineerd is en/of wil meewerken aan een test. In de praktijk weigeren veel (gedetineerde) vreemdelingen zich te laten testen of hun vaccinatiebewijs te laten zien.

Annuleringen

Al sinds het begin van dit jaar houdt DT&V bij in hoeveel gevallen een vertrek niet door kon gaan als gevolg van de test- en vaccinatievereisten. Dit jaar moesten tot december om die reden al meer dan 1.200 vluchten geannuleerd worden. Daarbij ging het vooral om vluchten binnen de Europese Unie. Bij meer dan 440 vreemdelingen die geen medewerking wensten te verlenen aan een COVID-test, is de uiterste datum verstreken waarop zij op basis van de Dublinverordening konden worden overgedragen aan een ander Europees land. Hierdoor moet hun asielvraag alsnog inhoudelijk door Nederland worden behandeld. Verder moesten vanaf medio maart tot medio december circa 310 bewaringen worden opgeheven.

Juridisch advies

De afgelopen periode is onderzocht wat de mogelijkheden zijn om voor dit vraagstuk een oplossing te vinden. Daarbij is de landsadvocaat om juridisch advies gevraagd. Ook is gekeken naar het beleid in andere Europese landen. De verwachting is dat er geen eenvoudige oplossing mogelijk is. Enkele mogelijk effectieve handelingsperspectieven worden nog nader bestudeerd. De staatssecretaris verwacht de Kamer hierover voor de jaarwisseling inhoudelijk te informeren. Ook in Europees verband blijft het kabinet bij de Europese Commissie aandacht vragen voor de problematiek, mede omdat de werking van het Dublinsysteem oneigenlijk wordt aangetast.

Afspraken op maat

Vooralsnog probeert de Nederlandse overheid in overleg met andere landen afspraken op maat te maken over terugkeer. Met Dublinlidstaten wordt bijvoorbeeld gesproken over Dublinoverdrachten over en weer waarbij op alternatieve wijze wordt voorzien in waarborgen. Nederland kan vreemdelingen geen verplichte quarantaine opleggen. Wel heeft de Dienst Justitiële Inrichtingen een inkomstenprocedure voor vreemdelingen die in bewaring worden genomen en bij wie geen test kan worden afgenomen. Zij verblijven acht dagen in afzondering voordat zij op een afdeling worden geplaatst. In voorkomende gevallen kunnen afwijkende afspraken worden gemaakt met landen van herkomst en Dublinlidstaten. Zo is deze zomer een charter naar Nigeria vertrokken waarbij werd overeengekomen dat de vreemdelingen na aankomst in quarantaine gingen. Soms wordt ingestemd met een medische verklaring. In de praktijk houden de meeste landen echter vast aan de geldende inreismaatregelen.